De bijzondere leerstoel Military Law of Cyber Security and Cyber Operations richt zich op het juridische raamwerk en de juridische kwesties en vraagstukken rondom de rol van de overheid in het algemeen en van de krijgsmacht en andere defensieonderdelen in het bijzonder bij het beschermen tegen digitale dreigingen (van diverse aard zoals digitale sabotage, -spionage, -oorlog) voortvloeiend uit geopolitieke of hybride conflicten, en bij het gebruik van cyberspace voor de verschillende (andere) overheidstaken op het vlak van veiligheid (zoals digitale spionage door de MIVD en digitale oorlogvoering tijdens conflicten i.o.v. de regering). 

Het onderzoek van de leerstoelhouder heeft betrekking op de internationaal- en staatsrechtelijke vraagstukken van het overheidsoptreden ter bescherming van de digitale ruimte (cyberspace) en de wijze waarop de overheid, defensie en de krijgsmacht in het bijzonder, van die ruimte anderszins actief gebruik maken i.h.k.v. de constitutionele opdracht aan de krijgsmacht. De constitutionele opdracht van de krijgsmacht, de rechtsstaat en de internationale rechtsorde (o.a. internationaal recht waaronder het humanitair oorlogsrecht) gelden daarbij als de begrenzing van die rol in relatie tot de digitale dreiging van geopolitieke en/of hybride oorsprong. 

Binnen de beperkte omvang van de bijzondere leerstoel ligt het zwaartepunt op onderzoek. Wat betreft onderwijs beslaan de taken het verzorgen van vak Digital Warfare - The Future of Cyber Threats in the Twenty-first Century bij het Instituut voor Interdisciplinaire Studies (IIS) van de UvA (bachelorniveau keuzevak). De leerstoelhouder verzorgt daarnaast (gast)colleges in International Humanitarian Law (Master International & European Law) en Krijgsmacht & Staatsrecht (master Publiekrecht).  

De bijzondere leerstoel bestrijkt een unieke leeropdracht en geldt als niche gebied. Veiligheidsvraagstukken, zeker op het terrein van cyber operations, staan sterk in de publieke belangstelling. De UvA neemt op deze terreinen een vooraanstaande positie in. De leerstoel draagt daaraan bij, bijvoorbeeld in de vorm van duiding in de media en in vorm van beleidsadvisering. Van de leerstoelhouder wordt zichtbaarheid en een actieve rol verwacht bij het verwerven van externe onderzoeksmiddelen.

Afdeling en onderzoekscentrum

De bijzondere leerstoel is ingebed binnen de Afdeling Publiekrecht, sectie Strafrecht, van de FdR-UvA. De bijzondere leerstoel is daar nauw verbonden aan de leerstoel ‘Militair recht’. 

Vanwege de veelal transnationale aard van de digitale onveiligheid (digitale oorlog(voering), -conflict, -sabotage etc.) en de daaropvolgende mogelijke extraterritoriale reacties wordt het onderzoek vanuit de bijzondere leerstoel veelal verricht binnen de afdeling Internationaal & Europees publiekrecht (sectie Internationaal Publiekrecht) en het aan die afdeling verbonden Amsterdam Center for International Law (ACIL).  Promotieonderzoek dat vanuit de bijzondere leerstoel begeleid wordt, wordt veelal binnen ACIL opgezet. Staatrechtelijke aspecten kunnen bij de sectie Staats- en bestuursrecht van de afdeling Publiekrecht en het daaraan verbonden Amsterdam Centre for Constitutional Culture & Democratic Governance (ACCu) worden ingebed. 

Onderzoek zal vanwege inhoud en bestaande begeleiding ook vaak een relatie hebben met het onderzoeksprogramma Cyber Security & Cyber Operations van de vakgroep Krijgswetenschappen (War Studies Research Centre) van de NLDA.

De aan te trekken hoogleraar is aantoonbaar een team player en beschikt over: 

• een afgeronde promotie (PhD) in het domein van het militair recht en digitale veiligheid/-operaties; 
• expertise, en bij voorkeur ervaring, op het vlak van (inter)nationale militaire operaties en de rol van de (Nederlandse) krijgsmacht bij geopolitieke of hybride veiligheidsvraagstukken;
• expertise inzake de modus operandi van militaire cyber operaties, blijkend uit ervaring dan wel uit publicaties;
• onderzoekservaring in het recht van/rond militaire cyber operaties, blijkend uit relevante wetenschappelijke en vakpublicaties;
• de kwaliteiten om promotieonderzoek inzake military law of cyber security and cyber operations vorm te geven en junior onderzoekers en promovendi te stimuleren en te begeleiden;
• ervaring met, en in staat tot, het werven van onderzoeksmiddelen;
• het vermogen op inspirerende wijze onderwijs te verzorgen c.q. te ontwikkelen en masterscripties te begeleiden; 
• didactische kwaliteiten, zoals onder meer blijkend uit onderwijskwalificaties (zoals BKO, SKO) of de bereidheid die te behalen;
• een relevant nationaal bestuurlijk en (inter)nationaal academisch netwerk; 
• leiderschapskwaliteiten en goede contactuele eigenschappen; 
• aantoonbare organisatorische en bestuurlijke kwaliteiten;
• een uitstekende beheersing van de Nederlandse en Engelse taal (in woord en geschrift).

De leeropdracht heeft een omvang van 0,2 fte. Benoeming vindt plaats voor een periode van vijf jaar, met mogelijkheid tot verlenging. De benoeming tot bijzonder hoogleraar leidt niet tot een dienstverband bij de Universiteit van Amsterdam. Het betreft een leerstoel die wordt gefinancierd door SWOON/Nederlandse Defensie Academie (NLDA). Alleen kandidaten die reeds werkzaam zijn bij de Faculteit Militaire Wetenschappen (FMW) van de Nederlandse Defensie Academie of waarvoor vacatureruimte bij de FMW bestaat, komen in aanmerking voor benoeming op de bijzondere leerstoel.